€ 24,99

ePUB ebook

niet beschikbaar

PDF ebook

niet beschikbaar

In de deuropening van een nieuwe wereld

Machteld Lucas • Boek • paperback

  • Samenvatting
    Hoe houd je jezelf staande in een wereld vol meningen terwijl je ook nog op zoek bent naar jezelf en naar manieren om jezelf te mogen zijn.

    “Wij doen gedurende ons leven allemaal ervaringen op. Soms hele mooie, soms heel pijnlijke. Maar pas later begrijpen we dat ze allemaal nut hebben voor onze bewustwording en ons daarmee eigenlijk rijker maken.”

    Dit boek beschrijft een reis naar zelfreflectie en bewustwording die door een ingrijpende gebeurtenis pas echt op gang kwam. Een opmerkelijke route die veel met dierenliefde, liefde voor natuur, levensbeschouwelijke tradities, machtsmisbruik, echtscheiding, kanker en spiritualiteit te maken heeft. De verhalen schetsen een beeld over opvoeding en universele vraagstukken en niet alleen hoe hiermee door de schrijfster vanaf haar jeugd werd omgegaan, maar ook welk effect dit allemaal op haar leven had en hoe zij haar weg hierin heeft gevonden.
    Het boek werd geschreven om handvaten te bieden aan mensen die zich in situaties herkennen waardoor zij deze kunnen inzetten om zichzelf, maar ook de wereld om hen heen beter te leren begrijpen en hierdoor met andere ogen naar alles leren kijken.
  • Productinformatie
    Binding : Paperback
    Distributievorm : Boek (print, druk)
    Formaat : 145mm x 210mm
    Aantal pagina's : 444
    Uitgeverij : Freyr
    ISBN : 9789090314839
    Datum publicatie : 01-2019
  • Inhoudsopgave
    Inhoudsopgave
    Dankwoord..............................................................................................5
    Ik doe een boekje open..........................................................................9
    Zo begon het ooit …...........................................................................13
    De liefde groeit......................................................................................25
    Een nieuwe start....................................................................................41
    Een afscheid en een welkom...............................................................47
    Bibi..........................................................................................................51
    Afscheid en gezinsuitbreiding.............................................................57
    Het leven gaat door..............................................................................69
    Peuterperikelen......................................................................................73
    Het leven is hard...................................................................................79
    Een nieuw vriendje...............................................................................83
    Een nestje...............................................................................................89
    De geboorte...........................................................................................93
    Nog één keer!......................................................................................105
    Toch niet weer? ….............................................................................119
    Weer naar huis.....................................................................................133
    Afscheid van Maaike..........................................................................141
    Opschrikken........................................................................................145
    Kennismaking met dierencommunicatie........................................153
    Visualiseren..........................................................................................157
    Krachtdieren en totemdieren............................................................169
    Een nieuwe tolk..................................................................................175
    Misty zoekt mee..................................................................................181
    Een steuntje in de rug........................................................................187
    Onderlinge verhoudingen.................................................................193
    Hulp uit het verleden.........................................................................201
    Hier of daar?.......................................................................................205
    Over kastelen en verdwenen dorpen...............................................217
    Tempeliers en Johanniters.................................................................225
    Een vreemd telefoongesprek............................................................231
    Zorg goed voor je Zelf......................................................................239
    Pappa is thuis.......................................................................................243
    Mijn gidsen..........................................................................................247
    Een moeilijke opdracht......................................................................257
    Ongegrond...........................................................................................265
    In een stroomversnelling...................................................................275
    Twijfels.................................................................................................283
    Nostalgie..............................................................................................291
    De deur gaat verder open..................................................................306
    Vice versa.............................................................................................324
    Broodkruimels.....................................................................................332
    Openbaringen.....................................................................................338
    Verwarring...........................................................................................346
    Een nieuw hoofdstuk.........................................................................360
    De volgende stappen..........................................................................371
    De operatie..........................................................................................385
    De cirkel is rond..................................................................................391
    40 Symptomen van spiritueel ontwaken.........................................407
    Lijst met krachtdieren........................................................................417
    Foto's....................................................................................................435
    Omschrijving van de foto's...............................................................437
  • Reviews (0 uit 0 reviews)
    Wil je meer weten over hoe reviews worden verzameld? Lees onze uitleg hier.

€ 24,99

niet beschikbaar

niet beschikbaar



3-4 werkdagen
Veilig betalen Logo
14 dagen bedenktermijn
Delen 

Fragment

Ik doe een boekje open
Het is een lang verhaal geworden, maar ik beloof u dat het de moeite van het lezen waard is.
Ik wil u opbouwend met dit boek graag iets vertellen over dingen die ik in mijn leven heb meegemaakt. Mooie, grappige, ontroerende, maar ook zeer ingrijpende persoonlijke gebeurtenissen die mij tot diep in mijn ziel raakten en die vooral met persoonlijke groei, liefde, dierenliefde, leefomstandigheden en een open gevoel te maken hebben en het vinden van een kijk op alles wat er met ons in ons leven gebeurt en hoe wij daarmee om (kunnen) gaan. Gebeurtenissen waarin u zichzelf misschien soms zult herkennen. En bij de beleving daarvan heb ik zulke ongelooflijke zaken meegemaakt, zaken waarvan ik overtuigd ben dat ik die op deze wijze misschien niet of pas veel later had beleefd en had herkend als de aanleiding daartoe niet was gebeurd. Ik heb het over de verdwijning van mijn dierbare kater Ivar. Als ik niet met zoveel overtuiging en vanuit zo’n groot gevoel van liefde naar hem had gezocht, en de hulp niet had aanvaard, dan had ik waarschijnlijk nooit bij sommige gedachten stilgestaan en ze wellicht gezien als hersenspinsels. Dan had ik wellicht (nog) niet in staat geweest kenmerken en kwaliteiten van mijzelf te herkennen en te groeien tot wie ik vandaag ben.
Het heeft mij doen beseffen dat er veel meer tussen hemel en aarde is dan wij geloven, dan wij willen geloven en dan wij durven te geloven. Ik ben er van overtuigd dat het je bewust toekomt omdat je jezelf kwetsbaar, open en onvoorwaardelijk liefhebbend durft op te stellen, maar ook dat het altijd al om ons heen is geweest en waarvoor wij ons in de drukte van tegenwoordig zodanig hebben afgesloten, dat wij het meestal niet meer herkennen. Het is een eigenschap die wij vandaag de dag maar al te graag verstoppen, vaak zelfs onbewust, want het is meestal de angst om ons open op te stellen waardoor wij van deze herkenning verstoken blijven. De huidige denkwijze, de nuchtere wereld met al haar eisen, normen en waarden, en vooral verwachtingen, draagt bij tot het ongeloof waardoor wij liever ook maar denken dat het niet kan, dat het onzin is. Maar niets is minder waar. We zijn het gewoon vergeten.

Ik heb alles ervaren als een enorme verrijking van mijzelf. Iets dat mij heeft geholpen om met bepaalde situaties in mijn leven om te gaan en waardoor ik door een andere bril ben gaan kijken. Ik heb hierdoor ook in de spiegel naar mijzelf mogen kijken en heb meer zelfvertrouwen en geduld met anderen gekregen. Ik heb hierdoor heel veel geleerd. En ik leer nog steeds. Ik zie het nu zelfs haast als een opdracht, een missie om mijn ervaringen op te schrijven zodat deze niet verloren gaan en zodat ik zelf ook een zuiver beeld heb van wat ik heb meegemaakt. Maar ook zodat u ze kunt lezen en misschien hierin zelfs situaties van uzelf of rondom uzelf herkent. Of misschien geeft dit boek u ideeën voor uzelf of uw directe omgeving wanneer u in vergelijkbare situaties zou belanden. Het zou u kunnen helpen wat meer op uw eigen gevoel, uw intuïtie, te vertrouwen.

Ik ben mij inmiddels bewust van enkele persoonlijke mooie talenten, maar ik ben geen medium, geen helderziende, geen helderwetende, geen helderhorende, geen, geen, geen … vult u het maar in.
Ik ben gewoon iemand die tijdens haar emotionele zoektocht mooie en voor velen onverklaarbare dingen heeft beleefd en die hierdoor enorm als mens is gegroeid. Iemand die u deelgenoot wil maken van die ervaring. Ik ben een doodgewone Nederlandse vrouw met eigen levenservaringen, met haar fasen in het leven van kind, gezinsleven met kind tot alleenstaande moeder, met pieken en dalen net als zovelen van ons, die zich door deze ondervinding in de deuropening van een nieuwe wereld bevindt.

En daarom mag u nu dit boek openen. Een boek met een beschrijving van belevingen en het begrijpen van de achterliggende gedachten. Een boek doorspekt met gedichten en songteksten van eigen hand, herleidingen naar muziek en betekenisvolle foto's.

Ik wens u heel veel leesplezier!



Zo begon het ooit … Ik ben opgegroeid in een gezin waar op een eigen manier veel ruimte werd vrijgemaakt voor de liefde voor dieren en natuur. Ons gezin bestond uit zes personen en ik was de jongste telg, een nakomer. Ik ben eind vijftiger jaren geboren, een tijd waarin het op zondag nog gewoon stil was en een mooie jurk nog écht een zondagse jurk was. Een tijd waarin mijn vader, en soms ook mijn broer, de eerste keus hadden bij het vlees en waarin het de taak van mijn broer was om op zondag alle schoenen te poetsen, terwijl mijn zussen en ik in mijn beleving juist de huishoudelijke taakjes kregen die je eerder een vrouw liet doen, zo was het nu eenmaal. Een tijd van glimmende lakschoentjes en witte sokjes, van rolschaatsen en Friese doorlopers. Een tijd waarin mijn moeder zich voor 100% opofferde voor haar gezin. Een tijd waar op zaterdag bij opa en oma televisie werd gekeken en het meermalen zien van de muzikale films “The Sound of Music” en “Mary Poppins” tot een onderdeel van de opvoeding behoorde.
Omdat mijn vader in mijn vroege jeugd vrij lang ziek is geweest en als gevolg daarvan voor een groot gedeelte was afgekeurd, hadden mijn ouders het in die tijd niet breed. Later is hij hier gelukkig van hersteld en mocht hij weer volledig aan de slag. Mijn slaapkamer deelde ik met twee oudere zussen, wat niet altijd even vlekkeloos verliep. Wij woonden in de nabijheid van een park en vooral mijn moeder kon eindeloos genieten van alle vogels die van hieruit in onze tuin neerstreken en van de mooie geluiden die bijvoorbeeld de zanglijsters produceerden. Met een boekje werd vaak gekeken welke vogels dit dan waren. De tuin was haar rustpunt waar zij zo genoot van de bloeiende forsythia, de klimrozen in meerdere kleuren, de paarse besjes van de Callicarpa, haar keizerskronen en
hortensia’s, en vooral van de prachtig bloeiende rododendrons en azalea’s in verschillende kleurschakeringen. Zij deed haar best al deze liefde aan ons door te geven. Maar ook al hield zij veel van planten en dieren, daardoor leek toen, denk ik, haar liefde voor katten iets minder groot.
Ik weet nu exact of ik met een koolmees of met een pimpelmees te maken heb en ook herken ik het roodborstje en het winterkoninkje, dat door mijn moeder altijd het “Klein Jantje” werd genoemd, en meerdere soorten vinken. Ik herinner mij nog het gevoel van mijn vingers als wij boven een krant met dikke naald en draad snoeren met pinda’s in de dop regen, die daarna langs de schutting werden bevestigd voor de mezen. Dit ritueel keerde elke winter terug. En ik genoot er net zoveel van wanneer die kleine rakkers ondersteboven deze lekkernij buit maakten. De Vlaamse Gaaien die geregeld in onze tuin neerstreken, werden vaak door haar verwend met pinda’s in de dop die los op de bielzen randen werden gelegd. Aan de manier waarop deze vogels neerstreken en hun prijs bemachtigden, wist zij op een gegeven moment zelfs met welke van de Vlaamse Gaaien zij te maken had. Ook kwamen in de schemering soms ransuilen of bosuilen vanaf de schutting een kijkje nemen. En als zij ze zag, dan wees zij ons hier op. Ik heb het gevoel dat ik toch het meest gevoelig was voor dit soort momenten, mijn broer en zussen vonden het naar mijn idee vaak wel best of beleefden het niet in die mate als ik deed. Dat was mijn kinderbeleving. Mijn vader hield veel van dieren, maar was ook niet in die mate met de vogels bezig als mijn moeder deed, althans dat dacht ik. Toch wist hij mij altijd te vertellen met welk vogeltje ik te maken had als ik er eentje zag. Of wees hij mij erop als wij ons in een bosachtig gebied bevonden en wij tweetjes samen waren.

Ik herinner mij ook dat op vakantie altijd het vogelboekje meeging, maar ook een boekje over wilde planten en een paddenstoelenboekje, zodat wij tijdens onze tochten door de bossen konden opzoeken met welke plant of paddenstoel wij te maken hadden. Het heeft in mij een onverzadigbare nieuwsgierigheid aangewakkerd. Ik heb die boekjes ook in huis en heb evengoed getracht deze liefde door te geven aan mijn zoon. Tijdens een heerlijke wandeling gedurende een herfst kon ik hierdoor vol trots, en met mijn gedachten bij mijn vader, aan mijn zoon vertellen dat een paddenstoel die wij in het bos zagen een “aardappelbovist” was. Eentje was er kapot en ik wees hem op de blauwe binnenkant, precies zoals mijn vader dit vroeger bij mij had gedaan. En nog steeds heb ik het gevoel pas echt in een bos of in de natuur te zijn geweest als ik er een zandweg tegenkom in plaats van een bestrate weg. Wanneer ik de geuren van het klamme bos en mos ruik en die stilte beleef. Het voedt mij als het ware als ik zulke momenten beleef en de drukte van het dagelijkse leven doet er dan even niet toe. Het brengt mij een niet te beschrijven voldoening. Het is ook een jeugdsentiment. Een gevoel van terugkeren naar mijn kindertijd toen ik vier jaar werd. Terug naar de vakantieboerderij, waar wij sliepen in compartimenten in een omgebouwd enorm kippenhok. Een boerderij met een toegangsweg vanaf een platgereden zandweg in het bos waarop houten paaltjes het wandelpad markeerden. De zandweg waarop stenen paddenstoelen de wegwijzers waren en waar je door de stilte de bomen hoorde ruisen en waar links en rechts bosbessen en bramen te vinden waren en soms zelfs frambozen, bosaardbeitjes en een enkele cantharel. De zandweg waarop mijn vader mij heeft leren fietsen. Mijn broer vertelde mij later dat ook mijn moeder haar bijdrage had geleverd bij het leren fietsen, maar dit is uit mijn herinnering verdwenen. Ik herinner mij het moment met mijn vader en vooral omdat mijn vader niet echt graag fietste. Toch herinner ik mij dat ik gedurende die zomer en soms op andere momenten ook bij hem achterop zat en dan voelde ik mij bijzonder.
Gedurende die zomer kwam er ook een puppy in ons gezin. Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft mijn moeder op een boerderij in die omgeving verbleven. Zij was daar destijds op een fiets met houten banden naartoe gefietst. Nu, na jaren, werd deze boerderij opnieuw bezocht, maar nu met het hele gezin. Er waren daar puppies geboren en mijn vader had zich laten verleiden. Ik herinner mij nog goed dat mijn moeder hier niet geheel blij mee was. Ook al was zij zelf met Nora, een herdershond, opgegroeid, en vond zij deze puppy wel lief, zij zag eerder de lasten en zorgen dat dit diertje met zich meebracht. De puppy was een onbesuisd maar bijzonder vrolijk gevaarte, een kruising tussen drie rassen waarvan één kennelijk een heel grote was, want hij had enorme kluitpoten. We noemde hem Porky en ik vond het heerlijk zo’n bontgekleurd langharig en knuffelig speelkameraadje te hebben. Maar vooral mijn moeder, die toch vaker overdag met de hond moest wandelen, had het er maar moeilijk mee. Porky groeide als kool en zijn enthousiasme was haast niet te beteugelen, zodat mijn moeder vaak alle zeilen moest bijzetten om met haar kinderen, boodschappentassen en hond in hetzelfde spoor te kunnen blijven lopen. En schoenen en andere huiselijke zaken moesten het tot haar wanhoop geregeld ontgelden. Mijn ouders hadden het in die tijd niet breed, dus toen Porky op een verjaardag de inhoud van een gebaksdoos met 24 petitfours verorberde, was bij mijn moeder de maat vol. Porky moest weg.
Veel kan ik mij van die tijd niet herinneren, maar wel de wandeltocht die eindigde bij het asiel waar ik zo plots tot de ontdekking kwam dat Porky niet meer bij ons zou wonen toen hij door een vreemde mevrouw aan de riem van ons werd weggeleid. Dit moment gaat nooit meer uit mijn geheugen. Ik vond het verschrikkelijk en begreep gewoon niet waarom mijn moeder in mijn ogen zo gemeen was, maar ik had totaal geen invloed op de situatie. Wel kan ik mij herinneren dat mijn moeder op een gegeven moment thuis moest huilen en waarvan ik aannam dat dit kwam door mijn gejengel en boze uitingen. Ze zei dat zij hem ook miste, maar ik was gewoon nog veel te klein om de omliggende redenen te kunnen begrijpen.
Ik geloof dat ik ongeveer zeven jaar was toen in de zomer een grijs cypers poesje bij ons kwam aanlopen en haast smeekte binnengelaten te worden. Dierenvriend als ik toen al was wilde ik hem wat te eten geven, maar mijn moeder verbood mij dit uitdrukkelijk met als toelichting “Dan krijg je hem nooit meer weg!” Maar stiekem heb ik er toch wel gehoor aan gegeven, want de smeekbede van dit poesje was voor mij hartverscheurend. Dit kon ik gewoon niet aan mij voorbij laten gaan. Op elk mogelijk moment sloop ik naar buiten om dit katje de aandacht en liefde te geven die het in mijn ogen zo verdiende. Toen op één van die zomeravonden een enorme stortbui met zwaar onweer losbarstte, wist ik gelukkig mijn moeder na lang aandringen ervan te overtuigen het diertje binnen te laten en zo kwamen wij aan onze Woelie. Later ontdekte ik dat mijn broer, zonder dat ik het wist, ook pogingen had ondernomen om mijn moeder te overtuigen. Woelie was een schat van een diertje waar ik regelmatig bijkroop als zij bij de haard lag. En van de voeding die zij van ons kreeg, knapte ze enorm op. Ze werd lekker dik, steeds dikker, zo dik dat dit niet alleen door de voeding verklaard kon worden, maar dat begreep ik op die leeftijd nog niet.
Toen ik op een ochtend opstond, was mijn moeder in alle staten. Woelie had de avond ervoor op het bed van mijn ouders het levenslicht gegeven aan vijf kittens. Het bed van mijn moeder was tot in het matras vervuild door het bloederige vruchtwater. Vijf prachtige kleine bolletjes wol die ik voorzichtig mocht komen bekijken en die door mijn ouders samen met Woelie in de snel ingerichte aardappelbak waren gelegd die op de keukenmat bij de achterdeur stond. En ik herinner mij dit beeld nog goed. Er waren twee grijs cyperse, twee zwarte en één bruin cypers kitten die wat dikker in de haren zat. Een dierenarts was, naar zeggen, al gebeld en mijn moeder vertelde mij dat hij die ochtend, als ik op school zou zijn, even langs zou komen. Mijn ouders hadden vernomen dat Woelie nog veel te jong was voor zo’n groot nest, dus voor ik naar school ging legden zij mij dit uit. Mijn vader nam mij apart en vertelde mij dat ik mocht kiezen welk kitten dan zou mogen blijven omdat Woelie haar voeding kwijt moest kunnen, “want”, zo zei mijn vader “anders zou ze er ziek van kunnen worden!” Ik koos voor het bruine katje omdat de anderen in mijn ogen steeds met zijn tweeën waren en deze was helemaal alleen. Mijn vader was verrukt van het kleine spul en al grapjes makend noemde hij het bruine kitten “Polletje Piekhaar”. Woelie toonde zich een zorgzame moeder en haar kitten groeide goed op. Mijn moeder vond het maar smerig dat het terras nu regelmatig bezaaid lag met de dode muizen die Woelie als goede opvoeder voor haar kind had gevangen. Maar ook dit kattengezinnetje bleef niet lang bij ons, want toen ik op een dag uit school kwam waren ook zij ineens weg en ik voelde de leegte. Ik weet niet meer precies wat voor verklaring mijn ouders toen hebben gegeven, maar ik weet wel dat ik die niet wilde geloven en dat het beeld van het asiel mij weer sterk voor ogen stond. In mijn ogen hield mijn moeder niet van dieren, althans niet in ons eigen gezin, maar die gedachte was niet geheel terecht. Ik hoorde later van mijn broer dat zij waren weggebracht terwijl wij op school zaten. Toch zit in mijn geheugen dat mij is verteld dat zij weer naar het eigenlijke baasje waren en ik vroeg waar dit dan was om ze te kunnen bezoeken, maar dat ik hier nooit echt antwoord op heb gekregen of dat dit met excuses werd weggepraat. Waarschijnlijk is mij het op die manier verteld om mij te beschermen. Mijn zussen en broer zijn ouder dan ik en werden daarmee waarschijnlijk meer in staat geacht dit soort informatie anders te verwerken. Ik ben van mening dat het niet open zijn over zaken soms meer pijn kan doen. Ik was mij er toen al van bewust dat ik een grenzeloze liefde voor dieren voelde en sinds dat moment stond ik met veel overtuiging klaar voor een dier dat hulp of liefde nodig had wanneer het mijn pad kruiste.
Ik ontwikkelde een groot respect voor de dierenwereld en zag ze als individu. Ik was als kind bijvoorbeeld gefascineerd door de vele kikkers die onze tuin bezochten en viel ze niet echt lastig. De kikkers gaf ik zelfs namen tot groot plezier van mijn ouders. “Santia” noemde ik er één, hoe kwam ik erop! En regelmatig ergerde ik mij inwendig aan alle mensen om mij heen die in mijn ogen dat gevoel met dieren niet deelden en op dat vlak zo onverschillig leken. En nog steeds bekruipt mij soms dit gevoel. Ik voelde mij vaak niet serieus genomen als het om dieren ging. Met het ouder worden heb ik het meer leren accepteren, maar het geeft mij nog steeds een onbehaaglijk gevoel. Het voelt voor mij alsof die mensen iets essentieels in hun leven missen wanneer zij dit op gevoelsniveau niet kunnen delen.
Betekenis “Santia” Psychologisch timide, gedwongen en stil. Creatieve talenten, wachtend op het leven om je te bevrijden. Soms door de omgeving beschreven als vreemd. Heeft de hoofdtaak om de wereld een betere plek te maken. Fysieke en spirituele woestijnen wachten op je aanraking. Blijf lachen!

Erg leuke herinneringen heb ik aan Donald, de eend, die als jong volwassen eend mij als vertrouweling koos en die ik als basisschoolkind nog enige tijd heb opgevangen omdat de vetklieren kennelijk niet goed werkten. Ik weet niet waarom, maar als ik hieraan terugdenk, leek het alsof hij mij zomaar als zijn kameraadje had uitgekozen. Als hij ging zwemmen, zag je dat hij steeds lager in het water kwam te liggen. Uiteindelijk bleef dan alleen zijn kopje nog boven water, waardoor het risico bestond dat hij zou verdrinken. Maar gelukkig duurde het lange tijd voor het zover was. Mijn vader heeft speciaal voor hem een grote zinken wasteil in de tuin ingegraven zodat hij veilig kon zwemmen. Als ik naar school ging dan riep ik hem. En Donald waggelde dan vanaf de tuin door de lange gang achter mij aan tot grote hilariteit van mijn moeder. Om de hoek van de straat was een sloot waar hij mocht zwemmen tot ik weer uit school kwam. En ook dan kwam hij keurig aan als ik hem riep. Bij de voordeur keek hij altijd gespannen omhoog naar de deurknop wanneer ik aanbelde, tot het moment dat mijn moeder de deur opende, waarop hij vervolgens vanzelf weer door de gang naar de tuin waggelde. Dit was een dagelijks terugkerend ritueel. De hele buurt kende “het meisje met de eend” en sommige kinderen waren volgens mij heimelijk jaloers. Eén keer heb ik hem bij mensen terug kunnen vinden, omdat hun zoon hem stiekem had meegenomen. Maar na enkele maanden was Donald voorgoed verdwenen.

Ik ben al lange tijd volwassen en mijn liefde voor dier en natuur duurt voort. Ik heb huwelijken gekend en ook weer het ongehuwde leven. Als mijn man wilde gaan vissen en ik met hem meeging om tijd met hem door te brengen zonder zelf een hengel uit te werpen, dan kon je mij wel eens op mijn knieën langs slootkanten aantreffen, en met mijn gatje in de lucht om met mijn neus vlak boven het water te kunnen ontdekken wat zich onder water allemaal afspeelde. Sinds mijn zoon is geboren en opgroeide zijn dit soort momenten minder frequent geworden, al probeerde ik zijn interesse in de natuur ook te stimuleren. Maar ook op vakanties kan een omgeving mij niet ongerept en natuurlijk genoeg zijn zodat ik mij erin opgenomen voel. Weg van de drukke mensenwereld met al haar belemmeringen. En ik hoop stilletjes dat ik iets van mijn beleving heb overgedragen aan mijn zoon.

Ik heb het geluk dat ik ook nu in een vrij landelijke omgeving woon waar nog veel konijnen, fazanten, kwartels, egels, af en toe een hermelijntje, ijsvogels en andere dieren te bespeuren zijn. Maar ook in de tuinen in alle woningen waar ik heb gewoond, probeerde ik de natuurlijke elementen terug te laten keren zodat ik mij op mijn plek voelde, los van alles en verbonden met de natuur. De rotspartijen en de waterval bij de vijver in mijn laatste woning verrichtten inderdaad wonderen, want er was altijd veel te zien in mijn tuin. Dieren voelden zich er welkom. Egels kwamen af en toe langs omdat slakken, waaronder Segrijnslakken, in die omgeving royaal te vinden zijn en zelfs bespeurde ik op een zomer een salamander bij de waterval en een verdwaalde jonge meerkoet en een eendenkuiken in de vijver. Ook een jong wild konijntje kwam er zijn opwachting maken die ik gelukkig uit de klauwen van mijn katten heb weten te houden zodat hij weer heelhuids naar de vrije natuur kon terugkeren. En in het voorjaar en op zomeravonden kon je lange tijd het kwaken van de kikkers en het veel luidere gekwaak van de rugstreeppadden horen die er veelvuldig voorkwamen en heel hard door de tuin konden rennen. Soms kwamen zij zelfs via de schuifpui naar binnen. Door bebouwing in het landelijk gebied is het bezoek van de rugstreeppadden helaas minder geworden. Er bevonden zich veel soorten fruit in mijn tuin. Een kers heb ik helaas van mijn boom amper mogen proeven tot op de laatste zomer na. Daarover zal ik later in het boek schrijven, want ook dit heeft mij een mooie boodschap gebracht. Maar tot dat moment waren de vogels mij steeds voor en het scheen ze goed te bevallen. En stilletjes vond ik dat eigenlijk wel best want ook zij moesten hun kroost voeden. Mijn tuin moet liefst een mooi begroeide plek zijn waar steeds iets te ontdekken valt en die er niet te gekunsteld uitziet, een plek waar ik mijzelf even kan losmaken van de rest van de wereld. “Plant mij maar in de natuur en ik vermaak mij wel!” zeg ik wel eens voor de grap en ik kon tot voor kort maar moeilijk verteren dat andere mensen soms een andere beleving hebben, soms haast geen tijd meer hebben voor het echte leven en de kleine dingen om hen heen vaak niet opmerken. Nu weet ik dat iedereen zijn reis in het groeiproces op zijn eigen manier doorloopt en dat ieder zijn eigen route heeft. En dat is goed.

Tijdens het herlezen van dit hoofdstuk sprong een herinnering in mijn gedachten die ik toch graag wil vermelden. Op een dag was er in huis iets gebeurd; mijn moeder was om een reden boos maar had kennelijk nog niet ontdekt wie verantwoordelijk was en ikzelf had totaal geen idee wat er aan de hand was. Ik was toen, denk ik, ongeveer vijf of zes jaar oud. Onzeker als ik was, en door de manier waarop mijn moeder zich streng kon uiten en kon kijken was ik snel geïntimideerd. In die tijd vond ik niets erger dan wanneer mensen, en vooral mijn moeder, boos op mij waren. Op een bepaald moment sprak zij mij op het voorval aan. Zij hield mij staande toen ik door de gang liep en zei op strenge toon: “Met jou heb ik straks nog een appeltje te schillen!” en daar bleef het toen bij. Ik schrok hiervan want ik was mij van geen kwaad bewust en begreep ook niet wat zij bedoelde. De situatie maakte mij nerveus, maar zij kwam er niet meer op terug. 's Avonds ging ik bezorgd naar bed en kon de slaap niet vatten. Mijn moeder was om een voor mij onduidelijke reden boos op mij en dat vond ik onverteerbaar. Toen ik mijn moeder later door de gang hoorde lopen stapte ik uit bed en liep onzeker naar haar toe en vroeg tenslotte stamelend: “Mamma? Wanneer gaan wij nu die appel schillen?” Mijn moeder was verbaasd dat ik de uitdrukking niet begreep en zei mij dan ook, nog steeds redelijk streng: “Je weet toch wel wat dat betekent?” maar ik schudde nee en ik barstte in tranen uit. Mijn moeder heeft mij toen wel getroost en gezegd dat ik het maar moest vergeten en weer moest gaan slapen. Toch heeft dit moment indruk op mij gemaakt en herinner ik het mij nog steeds. ×
SERVICE
Contact
 
Vragen