Fragment
Houtzager en houtkoopman
Albertus (Bart) Ross wordt in het Liemerse grensdorp Babberich geboren op 23 februari 1850. Hij is een zoon van Antonius Ross en Johanna Willemsen. Bart is houtzager en houtkoopman. Hij heeft zijn houtopslag rechts in ‘het gat’ onder aan de Babberichsedijk vlak bij de tuinderij van Gerichhausen, waar hij ook volgens het boven-onder systeem hout verzaagt.
Uit familieoverleveringen komt hij naar voren als een ondernemende, hardwerkende, trotse man met een goed verstand. Hij heeft wel een kort lontje. Als de dingen niet lo-pen, zoals hij vindt dat ze zouden moeten lopen, is hij snel aangebrand. Niet iedereen waardeert die karaktertrek van Bart.
Een voorvalletje uit 1893 illustreert zijn licht ontvlambare gemoed. Elk jaar vlagt het Nederlandse volk voor koningin Wilhelmina ter gelegenheid van haar verjaardag op 31 augustus (1880). Ook in Babberich gebeurt dat. Bart is niet bijzonder koningsgezind. Die poespas staat hem niet zo aan. Dus doet hij niet mee aan het volksgebruik. Men vraagt hem waarom hij niet vlagt. Bart heeft geen zin die vraag te beantwoorden. Men blijft het hem vragen. Hij voelt zich uitgedaagd. Bart is het op een gegeven moment zat. Hij vloekt de mussen uit de hemel en steekt pardoes de vlag dwars door het dak van zijn huis. “Zo”, roept Bart boos uit: “Hemme gillie now ollie zin!”
Antoon, de zoon van zijn zus Willemien, die bij hem in de leer is, moet lachen om de strapatsen van zijn oom. Maar hij begrijpt ook zijn boosheid. Bartoom houdt niet van gekonkelfoes.
Van hem leert hij, dat hij recht door zee moet gaan in zijn leven en dat hij de ander veel moet gunnen maar niet alles, want ‘van allenig maor geve, geet de geit dood’.
Antoon kijkt op naar zijn oom. Hij mag graag met hem werken. Als ze samen bezig zijn met het verzagen van een boom, volgt hij Bartoom in zijn bewegingen. Hij kijkt ook met een dicht geknepen linkeroog over de boom op zoek naar de rechte zaaglijn. Bartoom geeft Antoon vaak een flinke klap op de schouder. Het is zijn manier om het jong te la-ten weten dat hij het goed doet. “Ons hout nooit fout” houdt hij zijn hulp van elke dag voor.
Bart moet hard werken voor zijn brood. Met zijn gezin woont hij aan het Kloosterpad . Zijn onderneming heeft hij pal aan de Babberichsedijk waar de weg naar Elten voert. Als je net de dijk op bent, ligt de houthandel rechtsonder aan de dijk. Het bestaan is karig maar niet slecht. Iedereen moet er hard tegen aan. Weelde is een woord dat niemand in het dorp kent. Ja, misschien die lui op kasteel Halsaf, maar die gaat het ook dun deur den boks, als de zomer nat en koud is geweest en de aardappels verrot van het land komen.
Bart is getrouwd met Anna Maria Boerboom. Zij is de dochter van landbouwer Bernardus Boerboom en Theodora Johanna Catharina Vlaswinkel. Zij hebben in Meerenbroek onder Doetinchem hun boerenbedrijf. Anna is de oudste uit het gezin van vijf kinderen.
Anna zorgt voor de kinderen. Sinds hun trouwdag in september 1885 heeft ze elk jaar een kind gekregen. In leven heeft ze er zeven rondlopen. Anna is een zorgzame vrouw, die stil doorgaat en haar strabante Bart begrijpt. Als Bart weer eens mopperend thuiskomt, omdat ‘het volluk nie wil deugen’ pakt ze zijn stevige armen en laat ze zich omarmen. Zo maakt ze hem zeeg.
In de nacht van 8 op 9 januari 1894 gaat hun huis in vlammen op. Ze raken alles kwijt, zelfs de hond. De brandspuit kan niet worden gebruikt, omdat het vriest. Bart redt zijn Anna en de kinderen. De zaken blijven vanaf dat moment slecht gaan. In de Graafschapbode verschijnt in au-gustus 1895 het trieste bericht, dat notaris Van Romondt uit Didam op de dinsdagen 10 en 24 september 1895 telkens om twee uur in de middag in koffiehuis Den Dijk van G. Heinst te Babberich krachtens artikel 1223 van het Burgerlijk Wetboek publiek zal verko-pen ‘een huis met schuur, erfgrond, loods en bouwland te Babberich, gemeente Oud-Zevenaar, sectie D, nummers 848 en 872, groot 38 aren, toebehoorende aan Alb. Ross aldaar’.
Artikel 1223 BW hield destijds in, dat een object publiekelijk kon worden verkocht, als de eigenaar zijn schulden niet betaalde. Met de verkoop werden de schulden afgelost (dit heet nog steeds een executoriaal beslag leggen op onroerend goed, waarna de executie-veiling plaatsheeft). In Barts geval wordt zijn eigendom in het openbaar verkocht. Uit de opbrengst moet eerst de hypotheekhouder zijn geld krijgen en van wat er overblijft, krijgt de beslagleg-ger (crediteur) zijn deel. Medio september 1895 verschijnt in De Graafschapsbode een bericht van inzet. Plotseling heet het onroerend goed van Bart ‘het huis waarin bierhuis met tuin- en bouwland’. Het onroerend goed is ingezet op 1513 gulden. De toeslag vindt plaats op 24 september in het koffiehuis van G. Heinst.
Voor de trotse Bart Ross moet dit een vreselijke situatie zijn geweest. Verhalen over Bart uit die tijd maken duidelijk, dat hij teleurgesteld is in de mensen om hem heen. Hij vertrekt naar een ver land met meer kansen om daar met Anna en de kinderen opnieuw te beginnen. Hij wil niets meer met Babberich te maken hebben.
Later gaat het verhaal dat twee Nederlanders in Chili van Bart de boodschap meekrijgen, dat zij terug in Nederland alleen de groeten mogen doen aan zijn neef Toon Kluut (de houtzager A.A. Klutman uit Oud-Zevenaar). Ook gaat het verhaal dat Chileense Ross’en, die tijdelijk verbleven in Groot-Brittannië, niet naar Babberich durfden te komen uit angst voor de brute mensen die daar moesten wonen. Of het waar is? Er is zo veel tijd gepasseerd, dat deze beweringen niet meer kunnen worden geverifieerd. Zelf classificeer ik dit verhaal als een fraai verzinsel.
Emigratie naar Chili
Bart besluit dus met zijn gezin te emigreren. Hij heeft gehoord, dat Chili boeren zoekt om het vruchtbare land in het zuiden te ontginnen. De Chileense regering wil dit deel van Chili bevolken met mensen van elders om de economie aan te trekken. Ze stuurt hiervoor officiële delegaties naar Europa. Zo komen veel Duitsers naar Chili. In het begin van het jaar 1848 vindt bijvoorbeeld een grote en belangrijke Duitse immigratie plaats, die het fundament legt voor een grote Duits-Chileense gemeenschap.
×