Fragment
Rowan zucht. Hij is toch wel een beetje opgelucht dat hij de vliegenier niet tegen is gekomen op de heenweg. Voorzich-tig loopt hij naar de hut toe. Hij schrikt als er ineens met luid geraas een eend kwakend uit het riet omhoog vliegt. Met uiterste concentratie opent hij voorzichtig het deurtje van de hut. Zijn spieren zijn tot het uiterste gespannen. Vlug steekt hij zijn hoofd om de hoek van het deurtje. Even moeten zijn ogen aan het donker wennen. Dan maakt zijn hart een sprongetje. Even blijft Rowan als aan de grond ge-nageld staan en deinst vervolgens terug. Met grote ogen kijkt hij voor zich. Hij kijkt recht in de loop van een pistool…
×