Samenvatting
Marina Petrovna Romanova (1892-1981) was een familielid van de laatste Russische tsaar. Zij groeide op aan het Russische hof en vestigde zich in 1919 in Frankrijk, op de vlucht voor het revolutionaire geweld. Na een lang en bewogen leven overleed zij als straatarme kunstenares in een dorpje in de Provence. Haar laatste jaren bracht zij door in zelfgekozen eenzaamheid - haar man was overleden, kinderen had zij niet en met haar keizerlijke familieleden had zij het contact allang verbroken. Het levensverhaal van vorstin Marina vormt een hoofdstuk uit de familiesage van de Romanovs, die weer in haar geheel deel uitmaakt van de geschiedenis van Rusland. Het lot van deze illustere en tragische dynastie die drie eeuwen over Rusland heeft geheerst staat tegenwoordig weer volop in de belangstelling. De nalatenschap van vorstin Marina heeft meer dan louter curiositeitswaarde omdat haar verhaal deel uitmaakt van de geschiedenis van de zogenaamde 'eerste golf' Russische emigranten. Dit boek bevat de levensbeschrijving van deze hoogst originele maar volstrekt vergeten Russiche prinses, gebaseerd op nooit eerder gepubliceerde brieven en foto's uit haar nalatenschap. Over de auteur: dr. Martine J. Claessen-Artz (1957) studeerde Russische literatuur en geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam en de Moskouse Staatsuniversiteit. In 2005 promoveerde zij in Amsterdam. Zij schreef artikelen over de Russische literatuur en samenleving voor verschillende tijdschriften in binnen- en buitenland. Van Een keizerlijke vluchtelinge verschijnt binnenkort een Russische vertaling.