Fragment
Brabant vertelt honderduit
Dat John Braspennincx de Duitse SS in zijn huis in de Krabbenbossen afbekt en opsluit zal de lezer niet onopgemerkt blijven; een authentiek kijkje in het Korps Commando Troepen waar de schrijver drie jaar vrijwillig dienst doet, evenmin; over het verloren gegane en teruggevonden tekenboekje van de Europese kunstenaar Jeroen Bosch uit ‘'s-Hertogenbosch zal hij/zij de feiten willen weten.
Na zijn na 2 maanden uitverkochte Princenhageboek en zijn vele boeken over diverse landelijke onderwerpen zet Rinie Maas - met de kroontjespen in de inktpot - weer een nieuw en opvallend stapje voorwaarts met een boek over Brabant, althans facetten daarvan.
De vele speculaties van Antoon van Duinkerken en Atte Jongstra en de stokoude tijdschriften vóór hun tijd, waarin zij zochten naar de opmerkelijke identiteit van Zoete Lieve Gerritje ontbreken niet.
Het zal menige NAC supporter verbazen maar de mooiste jaren van de geel-zwarten lagen tussen 1912 en 1940 terwijl er getraind werd zónder kunstverlichting maar met een stormlantaarn voor kopman Eduard van Roessel, alias de Knoest. De totaal vergeten maar grootste vedette in de Parel van het Zuiden is Jan van den Broek alias d’n Olie, die onhoudbaar langs de tegenstanders glijdt, uitkomt voor Oranje en later een koningskoppel vormt met Willy van der Kuilen bij PSV.
Nog maar weinigen zullen zich de Robin Hood van Brabant “De Zwarte Ruyter” op zijn zware paard herinneren die de politie keer op keer bij de neus neemt maar de fatale rekening achterwege laat. Een moordenaar met de kalasjnikov in de aanslag wil hij niet zijn. In plaats daarvan deelt hij met de armen.
×